donderdag 29 maart 2012

Toespraak

Inleiding bij de presentatie van het boekje GEEN GELD GEEN KUNST
op 28 maart 2012 in het Compagniecafé te Amsterdam

Beste mensen, welkom bij de presentatie van mijn boekje Geen Geld Geen Kunst, dat ik heb geschreven op basis van het onderzoek dat ik uitvoerde voor Business Studies aan de Universiteit van Amsterdam.

Het onderzoek ging over ondernemen in de podiumkunstensector. Precies in de periode dat duidelijk werd welke mokerslagen staatssecretaris Zijlstra zou uitdelen in de culturele sector; gelijk met de Mars der Beschaving en de actie Nederland schreeuwt om Cultuur, interviewde ik zakelijke leiders over hun ondernemerschap. Nu ik daar aan terug denk, realiseer ik me pas hoe ver die tijd van machteloze woede al weer achter ons ligt. We zijn amper drie kwart jaar verder en nu al zie ik dat er een enorme mentaliteitsverandering heeft plaatsgevonden.

Toen ik met mijn onderzoek begon, was het enigszins verdacht om ondernemerschap in de culturele sector te verdedigen. Alsof ik daarmee de tegenstanders van subsidie in de kaart zou spelen. Nu kom ik die houding nergens meer tegen. Ondernemerschap wordt steeds meer gezien als een noodzakelijke strategie, opgedrongen of niet, waartoe men zich moet verhouden.

En toen mijn scriptie eenmaal af was kreeg ik zoveel verzoeken om een exemplaar toe te sturen, vooral door mensen uit het culturele veld, dat ik dacht: ik moet er een boekje van maken waarin heel beknopt de resultaten van het onderzoek staan, maar ook aangevuld met adviezen die voortkomen uit mijn conclusies. Tijdens het schrijven van de scriptie zei mijn begeleider steeds: jij wilt in de rol van consultant kruipen, maar je moet deze scriptie schrijven als wetenschapper. Gelukkig heb ik nu in dit boekje ongegeneerd de consultant kunnen uithangen. Mijn scriptie had als titel No Money No Art en daarom heet het boekje Geen Geld Geen Kunst.

En natuurlijk weet ik dat je je wenkbrauwen kunt fronsen bij deze titel. Kunst zal er altijd gemaakt worden, tegen de klippen op, met of zonder geld. Omdat kunst nou eenmaal een wezenlijk deel is van mens zijn. Mensen hebben kunst nodig om zichzelf en hun omgeving te duiden. Kunst geeft mogelijke antwoorden op wezenlijke vragen als wie wij zijn, waarom wij zijn en wat wij hier doen.

Voordat ik met mijn onderzoek naar ondernemerschap begon, hield ik me bezig met theorieën die het bestaan van kunst legitimeren. Ik wilde een krachtig antwoord op de vraag van Henk en Ingrid waarom zij moeten meebetalen aan onze hobby. Maar voor je het weet kom je terecht in pogingen om de effecten van kunst uit te drukken in economische of sociaal-maatschappelijke termen. Kunst als middel om hotels draaiende te houden en integratie te versoepelen.

Dat soort berekeningen raken niet de kern van kunst. Kunst heeft een intrinsieke waarde die, zoals de Amerikaanse filosofe Martha Nussbaum het in haar laatste boek nog eens zegt, leidt tot een kritisch bewustzijn en rijker individueel leven. Iedereen die wel eens ‘kapot’ is geweest van een beeldend kunstwerk, van een voorstelling, van muziek, zal intuïtief weten hoe verschrikkelijk belangrijk en vreselijk waardevol kunst is. Maar ja, hoe leg je dat uit aan Henk of aan Ingrid?

We hebben dus te maken met een tijdgeest waarin de rol van kunst geenszins vanzelfsprekend is en waarin de kunstensector de plicht heeft om te blijven discussiëren over dit onderwerp. Hoe moeilijk het ook is, we moeten steeds weer onder woorden proberen te brengen wat het nut en de noodzaak van kunst is. En ondertussen moeten we kunst blijven maken, waarmee we dat nut en die noodzaak kunnen illustreren. En dat, beste aanwezigen, gaat nou eenmaal beter met wat financiële middelen. Dat zal iedereen kunnen beamen.

Dus alle interessante filosofische kwesties ten spijt: dit boekje gaat erover hoe je met je capaciteiten als kunstenaar geld kunt verdienen, maar dan in andere sectoren dan de culturele. Cultureel ondernemen is een verdraaid lastige maar ook zeer boeiende bezigheid. Het vergt een voortdurende creativiteit, lef en openheid van geest om nieuwe wegen te bewandelen.

In het bedrijfsleven is het heel gebruikelijk dat je bij ondernemerschap meteen denkt aan vernieuwing van je product, je markt en je publiek. In de culturele sector is dat nog behoorlijk nieuw. Daar wordt met ondernemerschap meestal nog gedacht aan het vinden van sponsors, hopelijk ook een enkele mecenas, kortom het vinden van privaat geld om de dingen te blijven doen die je al deed.

Ik denk dat er veel mogelijkheden liggen voor kunstenaars in de verbinding van culturele en commerciële initiatieven die elkaar inhoudelijk en financieel versterken. Culturele organisaties beschikken over zeer waardevolle resources die ook commercieel in te zetten zijn. In mijn boekje bepleit ik de zogenaamde hybride organisatie. Bijvoorbeeld: het operagezelschap dat operareizen naar Milaan organiseert, de theaterschool die naschoolse opvang biedt, de componist die reclame jingles schrijft. Wil je hier meer over weten? Lees mijn boekje!

GEEN GELD GEEN KUNST
Over ondernemerschap in de podiumkunstensector, met adviezen aan culturele organisaties die hun eigen inkomsten willen vergroten door innovatief te ondernemen.
Tekst: Christie de Wit
Prijs 5 euro + 1 euro portokosten
Bestellen: stuur een email naar christiedewit@xs4all.nl

Geen opmerkingen: